Historiek

De geschiedenis van het psychiatrisch centrum ‘Sint-Hiëronymus’ loopt samen met de ontwikkeling van de psychiatrie als jonge loot aan de tak van de medische wetenschap.
Hierdoor is het mee een geschiedenis van vallen en opstaan geworden, van het bewandelen van vele wegen en van een zoektocht naar soms onvindbare sleutels voor de raadsels van de menselijke geest.
Historiek 1

Het weeshuis en de congregatie van de broeders Hiëronymieten

Sinds 1717 bestaan er weeshuizen in Sint-Niklaas. Maar wanneer in 1813 het jongensweeshuis wordt gesloten, moeten de wezen zoals voor 1717 weer aan particulieren worden uitbesteed. Meteen ontstaat de nood aan een nieuw ‘gesticht’. De Commissie der Godshuizen koopt in 1826 een pand van 2 ha tussen de Nieuwstraat en de Dalstraat.

Onmiddellijk echter duiken moeilijkheden op : de eerste directeur, een Broeder van Liefde, wordt door het Nederlands bewind (1818) verplicht zijn ambt neer te leggen, omdat de congregatie nog niet officieel erkend was. Leken nemen zijn taak voorlopig over. Blijkbaar niet het ideaal want in 1835 geeft de voorzitter van de Burgerlijke Godshuizen de opdracht ‘om enige mannen te zoeken die, in geestelijke gemeente verenigd, zich zouden wijden aan het oppassen van … krankzinnigen’.

Een krankzinnigengesticht en een weeshuis, samen in dezelfde straat, maken het bestaan van een kleine kloostergemeenschap leefbaar. Het slagen van deze poging blijft uit tot 1839. In dat jaar keurt Mgr. Delebecque een voorlopige regel voor de eerste Broeders goed. Hun patroonheilige is Hiëronymus Emiliani, die al in de zestiende eeuw weeshuizen had gesticht in Noord-Italië.
Histo2
Met karige toelagen, hard werk en de weinige roepingen die het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen toeliet slaagden de Broeders erin hun verzorgende en opvoedende taak waar te maken van bij de start.

1852: Opening van het psychiatrisch ziekenhuis

Het ziekenhuis werd geopend op 17 april 1852 en was toen bestemd voor de opvang van 100 psychiatrische patiënten (toen nog ‘geesteszieken’ genoemd). Op 4 maart 1907 erkende de overheid het ziekenhuis officieel als ‘krankzinnigengesticht’ voor de opname van 450 mannelijke ‘geesteszieken’.

Histo5

In die tijd lag het ziekenhuis aan de rand van de stad. Het was gebouwd in patiostructuur met talrijke eigen voorzieningen zoals een kleermakerij, een schoenmakerij, een boerderij, een hovenierderij, een wasserij en een keuken en een groot atelier als werktherapie.

Tot het jaar 1925 verbleven er gemiddeld 450 patiënten. In de periode van 1925 tot 1935, de tijd van de economische crisis, steeg het aantal patiënten tot 650. Van 1935 tot 1964 bleef de gemiddelde bezetting variëren tussen 625 en 660 patiënten.

Histo3

Tweede helft 20e eeuw

In de periode van 1964 tot 1974 konden 100 bedden afgebouwd worden. De overheid verplichtte niet tot deze vermindering van het aantal bedden. Deze daling had vooral te maken met het feit dat een begin werd gemaakt met het werken in teamverband. In deze periode doen dan ook de eerste psychologen, maatschappelijk werkers en ergotherapeuten hun intrede. In snel tempo worden nieuwe richtingen ingeslagen: de uitbouw van de deeltijdse hospitalisatie, zelfs binnen het stelsel van de gesloten dienst, een dynamische therapeutische aanpak, het uitbouwen van goede relaties met de beschutte werkplaatsen, het financieel verzelfstandigen van de patiënten, het opbouwen van contacten met de rustoorden voor bejaarden en het intensifiëren van de relaties met het thuis-milieu. Vanaf 1979 werden beperkte initiatieven rond beschutte woonvormen uitgebouwd.

De ontwikkeling en de uitbouw van de daghospitalisatie versnelden verder de afbouw van het beddenbestand. Vanaf 1974 tot 1984 kon het aantal ziekenhuisbedden worden gereduceerd van 531 tot 382. Op 20 jaar tijd werden in totaal 250 bedden voor volledige hospitalisatie afgebouwd. In 1984 waren er dagelijks een 70-tal patiënten deeltijds in behandeling, het merendeel daarvan in daghospitalisatie.

Histo laatste

10 juli 1990 was een nieuwe mijlpaal voor de geestelijke gezondheidszorg in België. Een reeks van koninklijke en ministeriële besluiten gaven toen gestalte aan een belangrijke hervorming van de psychiatrische sector. Deze hervorming was vooral gericht op een betere integratie in de samenleving van mensen met ernstige en langdurige psychiatrische problemen. Deze hervorming werd ondersteund door betere behandelingsmethoden die geleidelijk aan ingang vonden in de geestelijke gezondheidszorg.

Deze hervorming gaf de mogelijkheid nieuwe types van voorziening te creëren die voor gestabiliseerde patiënten een betere opvang boden omdat ze aldus beter geïntegreerd werden in het maatschappelijk gebeuren. Het psychiatrisch verzorgingstehuis en het initiatief voor beschut wonen Pro Mente, die zich allebei buiten het psychiatrisch centrum situeren zijn de concretisering van deze nieuwe vorm van psychiatrische zorgverlening.

Huidige erkenning

220 bedden en plaatsen psychiatrisch ziekenhuis
35 plaatsen permanent PVT